De Methode Mijn Mammoet
Voor de ontwikkeling van Mijn Mammoet® zijn we op de schouders gaan staan van een aantal grote psychologen, wetenschappers en denkers. Het eerste idee om het menselijk brein weer te geven als metafoor dateert van lang geleden.
De filosoof Plato sprak al voor de jaartelling over een berijder. De berijder was de bestuurder van een kar en had voor zich twee paarden. Eén paard dat het goede met ons voorheeft en één paard dat de mindere kanten van onszelf belichaamde. Het was aan onszelf – als berijder – om deze twee paarden op een correcte manier aan te sturen.
Veel later, in 2006, kwam Jonathan Haidt in zijn boek De Gelukshypothese met de vergelijking van een olifant en een berijder. Hij splitste dus ons onderbewuste niet in twee delen, een goed en een slecht deel, maar bracht deze samen in één metafoor, die van een olifant.
In 2012 beschreef Daniel Kahneman in zijn boek Ons Feilbare Denken hoe twee afzonderlijke processen (bewust en onbewust) met elkaar samenwerken – en soms met elkaar conflicteren – in ons brein. Hij noemde ze systeem 1 (onbewust) en systeem 2 (bewust).
Een olifant is een goede metafoor voor het onderbewuste van een mens. Recente ontwikkelingen in de evolutionaire psychologie laten echter zien dat er een metafoor is die nog beter past: eentje van een mammoet. Het menselijk brein is geëvolueerd om te leven op de Afrikaanse savanne, zo’n 50.000 tot 100.000 jaar geleden. Dit zorgt in sommige situaties voor een mismatch tussen ons onderbewuste en de moderne wereld.
De methode Mijn Mammoet® bestaat niet alleen maar uit de mammoet. Er zijn vijf metaforen die deel uitmaken van de methode. Dat zijn:
1. Ten eerste is er natuurlijk de mammoet zelf. Deze heb je al kort kunnen ontmoeten. Dit is je onderbewuste: al jouw gewoontes, patronen, routines en ingesleten gedrag.
2. Boven op de mammoet zit de berijder. Deze staat voor jouw bewuste. Dit is jouw vermogen om actief te kiezen wat je wil doen of zeggen. De berijder kan de mammoet aansturen en op deze manier kan je andere keuzes maken.
3. Onderweg komen mammoet en berijder langs kruispunten. Deze staan symbool voor de keuzemomenten die je doorloopt tijdens het aanleren van nieuw gedrag.
4. Samen bewandelen de mammoet en de berijder het pad. Dit staat voor de omstandigheden die jouw gedrag beïnvloeden. Het symboliseert bijvoorbeeld de voorwerpen om je heen, het weer, de plek waar je bent, de route die je bewandelt en nog een aantal andere factoren.
5. Onderweg is er ook nog de kudde, jouw sociale omgeving. Dit zijn alle mensen die invloed hebben op jouw gedrag: collega’s, vrienden, familie, je partner, de buurman, de winkelier, je huisdier en nog tal van anderen.
De Onderbouwing
De methode Mijn Mammoet® is gebaseerd op het COM-B model van Susan Michie (2011). Het COM-B model is een zeer populair en veelgebruikt verklaringsmodel (Op Google Scholar meer dan 8500 citaties). Het brengt overzichtelijk in kaart hoe gedrag ontstaat en welke factoren er invloeden hebben op gedrag.
Het model bestaat uit vier onderdelen: Capacity (C), Opportunity (O), Motivation (M) en Behaviour (B). In het Nederlands kan je dat vertalen naar Capaciteiten, Omstandigheden, Motivatie en Gedrag:
Capaciteiten
Capaciteit staat voor de mate waarin iemand in fysiek en mentaal in staat is om specifiek gedrag uit te voeren. Je kunt iemand vragen om een honkbal 60 meter ver weg te gooien. Sommige mensen zullen daar fysiek toe in staat zijn, terwijl anderen dat niet zijn.
Tegelijkertijd kan iemand fysiek prima in staat zijn om Spaans te spreken, maar omdat diegene dit nooit heeft geleerd, bezit hij of zij niet de mentale capaciteit. Kortom, is iemand fysiek en mentaal in staat om het gedrag te laten zien?
Omstandigheden
Gedrag wordt ook bepaald door de omstandigheden waarin het plaatsvindt. Als iemand een honkbal probeert te slaan, dan gaat dat beter met een kwalitatief goede honkbalknuppel, dan met een tak. Materiaal is een goed voorbeeld van een fysieke omstandigheid dat gedrag beïnvloedt.
De sociale omstandigheden zijn de mensen en dieren die ons gedrag beïnvloeden. In een sociaal veilige werkomgeving zullen mensen zichzelf bijvoorbeeld eerder uitspreken dan in een sociaal onveilige werkomgeving.
Motivatie
De capaciteiten die iemand bezit en de omstandigheden waarin gedrag plaatsvindt, staan op het moment van gebeuren vast. Dat geldt niet voor motivatie. In hoeverre iemand gedrag wil uitvoeren, bepaalt ook gedrag.
Bewuste motivatie staat voor expliciete intenties. Iemand kan zich realiseren dat hij of zij graag wil sporten, omdat diegene weet dat dat gezond voor hem of haar is.
Er zijn ook onbewuste motivaties die gedrag beïnvloeden. Bewust geef je misschien die voorkeur aan sporten, maar onbewust is er ook een intentie om televisie te kijken of te snoepen. Deze twee motivaties kunnen met elkaar botsen.
COM-B en Mijn Mammoet
De zes verschillende vormen van invloed komen overeen met de metaforen van Mijn Mammoet®. De mammoet symboliseert de onbewuste motivatie van iemand en de berijder de bewuste motivatie. Het pad staat voor de fysieke omstandigheden en de kudde voor de sociale omstandigheden. Tot slot bepalen fysieke en mentale capaciteiten in hoeverre iemand gedrag kan laten zien. Kortom, of iemand in staat is om bij kruispunten de juiste keuzes te maken.
Mijn Mammoet is een visuele, toegankelijke weergave van het COM-B model: